Elke keer weer opnieuw ben ik verbaasd over hoe Nederland me weet te verbazen. Als duiker kom ik regelmatig in Zeeland en ik bezocht ook al veel andere stukken van Nederland. En toch, toch zijn er nog zoveel te ontdekken plekjes. Ik heb iets met water en Nederland heeft veel water. Match made in heaven, hoewel ik het soms wat moeilijk heb met de Nederlandse directheid (dat hier openlijk schrijven is al vrij direct voor mij).
Eind juni reisde ik langs een stukje van de route van Nederland Waterland. Ik liet me charmeren door Giethoorn, leerde bij over molens en gemalen en bezocht eindelijk het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen dat al even op mijn verlanglijstje stond. Met Urk, een vissersdorpje dat vroeger een eiland was, voelde ik meteen een soort verbondenheid.
Het eiland dat geen eiland meer is
Tot 1939 was Urk een eiland in de Zuiderzee. Nu ligt het dorp in de provincie Flevoland die door de drooglegging ontstond. Urk ligt wel nog steeds aan het water, aan de oevers van het IJsselmeer. Onder de bewoners heerst nog steeds een eilandgevoel. Je zegt ook ‘op Urk’ en niet ‘in Urk’ als was het nog een eiland. De visserij op de zoute Zuiderzee verlegde zich naar het zoete IJsselmeer en de verderop gelegen Noordzee.
De haven van Urk
De visserij speelde en speelt nog altijd een grote rol op Urk. Als ik het dorpje binnenrijd, parkeer ik mijn wagen op de grote parking aan de haven. Meteen is er een klik: de zeilbootjes, de visserschepen, de scheepswerf,…
Gelukkig heb ik nog even tijd voor ik met de gids afgesproken heb en ik maak nog even een ommetje. Op de boulevard staat een gigantische orka. Net op het moment dat ik mijn fototoestel weer weg steek, spuit de orka water. Dat was schrikken!
Bootjes kijken, het blijft iets fascinerend en rustgevend. Ik verlies al snel de tijd uit het oog en moet me uiteindelijk toch nog richting de plaatselijke toeristische dienst haasten. Daar vertrekt namelijk de Ginkiestocht!
Ginkiestocht
Ik laat me op persreis graag verrassen door het programma. Ook al vroeg ik me wel af wat die ginkiestocht nu precies inhield, ik wist mijn nieuwsgierigheid in te perken en googelde niet. Een beproeving! Gelukkig kwam de verlossing al snel en begon de gids zijn tocht met uitleggen wat die ginkies nou zijn.
Ginkies zijn nauwe steegjes. In de middeleeuwen waren het de brandgangen, tijdens de Tweede Wereldoorlog waren de ginkies vluchtwegen. Er schuilt dus heel wat geschiedenis in die ginkies en daar zouden we dus een stukje van ontdekken. Een originele manier om op ontdekking te gaan in het vissersdorp!
Elke gids legt zijn eigen accenten in de ginkiestocht en er zijn soms bezoekers die verschillende keren terugkomen en dan een ginkiestocht met een andere gids boeken. Je kan trouwens maar best dicht bij de gids blijven of je bent de groep zo kwijt. Als je voor het eerst op Urk bent, lijken de nauwe steegjes wel een doolhof.
Goed om weten: de ginkiestocht is bewegwijzerd dus je kan ook alleen op pad.
Anekdotes uit de ginkies
Hoe heb je gegeten?
Wat opvalt op Urk is dat heel wat voordeuren uit 2 delen bestaan. Daar waren meerdere redenen voor. Zo konden ze het bovenste deel openzetten in de zomer en bleef het huis toch afgesloten. Na de middag rustte moeder even uit en leunde ze op de halve deur. Passanten zouden dan niet vragen hoe het was maar wat of hoe ze gegeten hadden. Uit deze anekdote blijkt hoe belangrijk goed eten voor de Urkers was.
Maandag wasdag
Grappig moment tijdens de tour. De gids vraagt op welke dag er gewassen wordt waarop alle Nederlanders in de groep meteen ‘maandag’ roepen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog mocht geen Nederlandse vlag uitgehangen worden. Door de witte rok, de blauwe onderbroek en de rode sjaal van de Urkse visser te combineren zagen de ginkies er toch een beetje als een Nederlandse vlag uit.
Waar komen de Urker kindjes vandaan?
Hier komen de kindjes met de ooievaar of uit bloemkolen, op Urk komen de kindjes uit de Ommelebommelestien. Als je bij de vuurtoren van Urk staat, zie je in het water af en toe een steen opduiken. Als de bevalling zich aankondigt, roeit de toekomstige vader naar de steen, als hij op de steen tikt, gaat de schuif open en krijgt hij een kindje in een mandje mee. De moeder staat in de haven op de baby te wachten.
Er zijn verschillende versies van het verhaal. Maar als een Urkser man zegt dat hij aan het roeien is, weet iedereen dat zijn vrouw aan het bevallen is!
Vissersmonument
De zee geeft en de zee neemt. Nergens wordt dit zo duidelijk als aan het herdenkingsmonument voor de vermiste vissers op Urk. Op de muren staan de namen van alle vissers die op zee vergingen. Van de meerderheid zijn de lichamen nooit teruggevonden. Door DNA onderzoek konden ze een visser die in 1968 uit Urk vertrok maar nooit terugkwam, koppelen aan een lichaam dat aanspoelde op Schiermonnikoog. In 2015 kreeg de visser een graf op Urk.
De gids vertelt enkele aangrijpende verhalen van getroffen vissersfamilies, ook dat van zijn overgrootvader. Nog aangrijpender is het vissersmonument: een beeld van een vissersvrouw die in de richting dat de vissers vertrokken zijn kijkt, in de hoop dat ze terugkeren.
De vuurtoren van Urk
De vuurtoren dateert van 1844. De toren is ruim 18 meter hoog en de vuurtoren schijnt elke avond hoog over het IJsselmeer. Vlak voor de vuurtoren staan zitbankjes met waarschijnlijk het beste zicht van Urk. Hier kijk je in de richting van de windmolens naar Lemmer, de plaats waar ik het Woudagemaal bezocht en aan de overkant ligt Enkhuizen met het Zuiderzeemuseum. En zo zag ik vanop dit drie-provincie-punt mijn hele weekend samengevat!
Met dank aan NBTC.